||| Provincieraadslid - Gemeenteraadslid |||

Provincieraadslid - Gemeenteraadslid

Naar twee spooroverslagpunten in West-Vlaanderen?

Op dit ogenblik zijn er in West-Vlaanderen nog vijftien specifieke spooraansluitingen naar bedrijven of bedrijventerreinen. Provincieraadslid Kurt Himpe verneemt dat er een strategische keuze in de maak is om naar slechts twee spooroverslagpunten in de provincie te evolueren.

“Er is al jaren een dalende trend in het aantal spooraansluitingen naar bedrijven en bedrijventerreinen in West-Vlaanderen. Dit jaar zijn er nog vijftien dergelijke aansluitingen en die bevinden zich met uitzondering van de LAR in Rekkem allemaal in de havengebieden. Zo zijn er elf aansluitingen in Zeebrugge, drie in Brugge en één in Oostende”, verduidelijkt Kurt Himpe.

Gewijzigde strategie

Een algemene schaalvergroting zorgt ervoor dat specifieke spooraansluitingen die niet verbonden zijn aan een haven of aan een transportbedrijf twijfelachtig worden. De nieuwe Europese standaard gaat in de richting van goederentreinen van 740 meter of 50 TEU elk en anderzijds moet tegenwoordig voor continentaal transport een afstand van 300 kilometer spoor afgelegd worden om kostencompetitief te aan het wegtransport.

Daardoor is de West-Vlaamse strategie bijgesteld en is de provincie volop bezig om in West-Vlaanderen twee spooroverslagpunten te creëren, in het noorden in de haven van Zeebrugge en in het zuiden via de LAR, blijkt uit informatie die provincieraadslid Himpe ontving.

Europees subsidiedossier

Uit het antwoord van gedeputeerde Jean de Bethune op een schriftelijke vraag van provincieraadslid Kurt Himpe blijkt dat er op korte termijn werk zal gemaakt worden van een Europees subsidiedossier om de spoorterminal op de LAR uit te breiden en te optimaliseren. Daardoor zouden ook daar volledige bloktreinen kunnen worden afgewikkeld.